Wanneer dit alles is begonnen valt niet meer te achterhalen. Het moet ergens begin jaren negentig van de vorige eeuw geweest zijn. Ik heb een dagboekaantekening teruggevonden uit 1994, toen was de droom er al. Maar toen kwam het er niet van: jonge kinderen, een baan die alle aandacht opeiste. Ik was het hele plan al lang vergeten. Maar nu herinnerde ik het me weer: ik zou toch nog altijd een keer naar Santiago de Compostela lopen.
Wat bezielt me in hemelsnaam om op pelgrimstocht te gaan?
De veronderstelling daarbij is vanzelfsprekend dat een normaal mens niet zomaar bijna 900 kilometer gaat lopen, uit eigen vrije wil. Daar moet iets achter zitten. Zoek ik mijn ware ik? Ben ik eropuit mijn leven een nieuwe wending te geven? Verlang ik naar bezieling? Zoveel vragen waarop ik op dat moment het antwoord niet ken.
Voorbereiding.
Ik trek hier een jaar voor uit. Ik maak lijstjes van wat aan te schaffen, ik ga mezelf inlezen, ga oefenen met lopen, ik ga op spaanse en franse les etc. etc.
Twee weken voor mijn vertrek.
De belangrijkste dingen zijn gekocht. Alles ligt klaar. Kosten voor alles inclusief de treinreis is 1200 euro. Ik heb via het forum van het St. Jacobsgenootschap iemand ontmoet waar ik de eerste dagen mee optrek om erin te komen. Ook reizen we samen naar ons beider vertrekpunt St. Jean Pied de Port. Ik maak een reservering voor de eerste nacht in de alberge (slaapplaats), de rest zie ik onderweg wel. Het voelt goed dit te hebben geregeld voor mezelf. Ook heb ik de pelgrimszegen ontvangen van de pastoor van de Sint Jacobusparochie in Den Haag.
Vrijdag 10 april 2009 (Goede Vrijdag) vertrek ik. De buurman brengt mij naar het station, de kinderen zwaaien mij uit.
Mijn tocht is begonnen.
Zomaar een dagboekverslag en wel van
Zondag 19 april 2009
Vandaag van Viana naar Navarett (21km)
Om 7 uur wakker geworden, later dan gewoonlijk. In de keuken neem ik koffie met een paar koekjes. Om kwart over 7 ga ik op pad. Het is heerlijk buiten, ik hoor de vogels fluiten. Ik hoop dat ik snel wat tegenkom om te ontbijten. Dat zal helaas nog lang duren. Deze dag steek ik de Ebro over en ik loop door Logrono, de hoofdstad van de provincie Rioja. In de wijngaarden op de hellingen worden de druiven van de Riojawijnen verbouwd. Ongeveer na 2 uur kom ik in Logrono iets tegen waar ik kan ontbijten. Ik geniet enorm van de ontbijtjes onderweg. Na het ontbijt vervolg ik mijn weg. Ik kom in een soort park, ik zie het stuwmeer Laguna de las Canas, de bergen van de Rioja aan de andere kant van de Ebro en dichterbij een tafelberg. Dit is de Cerro Cantabria, die uitkijkt op Logrono. Even later kom ik bij een beschermd natuurgebied, waar veel vogels voorkomen. Tijdens het afdalen na het park kom ik in het wijngebied van de Rioja, deze druiven op de zuidelijke helling van het dal leveren de beste wijnen. Ik voel me echt gelukkig, ik besef dat ik alleen in Spanje loop en precies weet waar ik heen ga.
Aan de overkant van de rivier ga ik meteen naar rechts door de Calle Rua Vieja en de Calle San Paolo, die middenin de oude stad ligt. Het plein is versierd met een reusachtig mozaiek, dat de pelgrimstocht over de St. Jacobsroute tot onderwerp heeft.
Vlak voor Navarett zie ik de fundamenten van de kerk van het hospitaal van Don Juan de Acre uit 1185. Ik loop Navarett binnen en het eerste pand rechts is de pelgrimsherberg waar ik om kwart over twaalf arriveer. Ik moet nog wachten tot half 2 dat het opengaat.
Erna.
Mijn tocht naar Santiago de Compostela brengt me dicht bij mezelf, met een immens vertrouwen in het leven. Vaak loop ik letterlijk en figuurlijk stap voor stap anders val ik van bergen of in rivieren. Dit stap voor stap lopen brengt me in het hier in nu. Van binnen voelen hoe ik moet handelen en/of reageren en verder gewoon zijn en de dag nemen zoals die komt is heerlijk.
Het ging me niet alleen om het doel, maar evenzeer om de weg erheen. Ik dank Spanje voor wat het me heeft gegeven.