Ik was over de Pyreneeën de kleinere pas van Erro gepasseerd. In de druilerige regen was ik een tijdje in gedachten verzonken, bij een graf langs het pad blijven staan van een Japanner. Hij was 64 jaar en ik moest denken wat het zou betekenen, voor hem en voor zijn thuisfront. Voor hem bedacht ik een prima dood, voor zijn thuis wel erg ver weg. Waarschijnlijk was hij toch begraven in Japan en hier alleen een herdenkingskruis op de nodige pelgrimssteentjes. Ik bedacht dat ik zelf ook 64 jaar was en liep toen maar snel verder.
Ik zou op mijn verdere tocht nog vele pelgrimsgraven tegenkomen, die allen goed werden onderhouden door de langstrekkende pelgrims. Ze zagen er mooi uit alsof deze zorg ook bij de voorbijtrekkende pelgrims hoorde : een mooie gedachte.
Een van de grootste genoegens van de camino is dat je samen alles deelt. Het kwam steeds weer terug en gaf je altijd een goed gevoel. Daarbij is het geven soms gemakkelijker als het ontvangen. Zelf ben ik waarschijnlijk niet zo vrijgevig, omdat ik geneigd ben om naar alles kritisch te kijken (waarom heeft iemand iets nodig? Komt het allemaal wel goed op zijn plaats? Wordt jouw gave wel goed gebruikt?). Voordat je het weet heb je dan geen zin meer. Dat nadenken moet je eigenlijk van je afzetten en gewoon doen, dat is het beste en geeft ook het beste gevoel. Maar het is ook gemakkelijker op de camino omdat het direct zichtbaar is en vaak noodzakelijk en goed te begrijpen etc.
Zo kwam ik na een nachtje in een chauffeurscafé te hebben doorgebracht ‘s morgens om een uur of 11 aan in Larrasoaina, een klein dorp dat nauwelijks op de kaart te vinden is. Alhoewel er in mijn gidsje stond dat er een winkeltje was, was daar op dat moment niets open. Het werd dus eten uit de rugzak en wat daar in zat was meestal niet al te vers meer. Ik had ‘s morgens nog ontbeten maar er kwam een groepje van een man of 5 langs die niets hadden gegeten en zich hadden verheugd om bij dat winkeltje wat te kopen. Het was zeker nog 2 uur lopen naar het volgende plaatsje. Zelf toverde ik van alles uit mijn rugzak wat eetbaar was : twee (oude) kadetjes, een paar koekjes, stukje worst, stukje kaas. De anderen hadden ook nog wat koekjes, wat gedroogd fruit en ander klein grut. Het leek wel op het verhaal van de wonderbare broodvermenigvuldiging uit de bijbel. Het was niet veel maar ieder was tevreden na deze gezamenlijke ʺ maaltijd ʺ .We hebben er met 6 man van gegeten en konden weer verder. Dit groepje ging de rest van de camino met elkaar door dik en dun. Zo werkt dat !!!!!